dinsdag 30 augustus 2011

Zestien vierkantjes

Het is bijna Pasen 1963. Ik zit op de kleuterschool. Mijn eerste jaar op de kleuterschool in Gorredijk. Het is een wonder dat ik naar de kleuterschool ga, want dat is niet verplicht. En we wonen in Terwispel, dus het is eigenlijk ver weg. En ik moet alleen op de fiets, want mijn moeder kan mij niet brengen. Ik kan met een vriendje mee. Die zit al op de lagere school en is al zeven. Dus dat komt zeker goed.

We fietsen over het zandpaadje langs de vaart naar Gorredijk. Dat vindt mijn vriendje een fijne weg. En ik weet geen andere weg. Dus ik fiets mee. Het is een beetje eng, maar mijn vriendje zegt dat ik niet moet zeuren, en dus fiets ik door. Op mijn doortrapfiets, dus stoppen is so-wie-so niet eenvoudig. Want hij heeft geen remmen.

Als we bij de lagere school zijn, zegt mijn vriendje dat ik maar alleen verder moet. Want we zijn al bijna te laat. Verderop zal ik de school vanzelf wel zien, het kan niet missen. Ik kijk goed om me heen. Want hoe ziet een school er eigenlijk uit? Dat weet ik niet zo goed. 
Net als ik denk dat ik de school zie, sla ik keihard tegen de grond. Ik ben tegen een gele auto aangereden. Een VW kever. Uit het huis waar ik voor lig komen mensen gehold.

Ik huil niet. Mijn vader zegt altijd:
- "Hou op, anders krijg je een mep, dan weet je waarom je huilt".
Dus ik hou me in. Al doet mijn knie wel zeer.
Een aardige mevrouw brengt me naar school. Het is bijna half tien. Maar dat weet ik niet. Ik kan geen klok kijken.

 

Het is bijna Pasen. We moeten een eiermandje maken. Van een vouwblaadje. Zestien vierkantjes en dan knipjes er in. Ik vind het moeilijk, maar het lukt. Als je het goed vouwt, kun je er een bakje van maken. Het allerlastigste is het lijmen. Mijn bakje is kletsnat, en ik zit er onder. Het handvat drijft in het bakje.

De juf is naar cursus geweest. Zij weet nu dat zestien vierkantjes komt uit de vouwreeksen van Fröbel: "Kleuters moeten vouwen, knippen en plakken. Komen tot leuke ruimtelijke creaties. De doelstellingen zijn duidelijk: het leren onderscheiden van vormen, afmetingen en verhoudingen en het verhelderen van het ruimtelijk inzicht. Daarbij vereist vouwen, knippen en plakken concentratie en geduld en bevordert het de ontwikkeling van de fijne motoriek. En het is leuk!"

Brrr. Het zal best, maar ik vind het niks. Maar het moet over. De juf vindt dat ik nog niet klaar ben voor de lagere school. Ik kan nog niet goed plakken.

Mijn trauma heet al vijftig jaar: "zestien vierkantjes".