vrijdag 15 juli 2011

Middenmoter-cake

Het boek is uit. Ik lig een beetje op apegapen. Ik heb het natuurlijk over 'Religie voor Atheïsten'  van Alain de Botton. Ik heb het er moeilijk mee. Alain hemelt religie zo op, dat je bijna geneigd bent te denken dat niet religieus zijn een blunder van formaat is. Maar dat beweert hij niet.

Alains redenering is als volgt: Er waren, vroeger al, in de maatschappij diverse problemen, waaraan de mens  het hoofd had te bieden. Denk bijv. aan gebrek aan samenhang in de maatschappij, de neiging om niet datgene te doen waarvan je weet dat het moet (Akrasia), de behoefte van volwassenen om ook eens geknuffeld te worden, de neiging om van alles te vergeten en nog veel meer.
Godsdienst speelde op deze problemen in, en bedacht oplossingen om heel veel van dergelijke problemen op te lossen. Een mens die niemand kent kan gemeenschapsgevoel halen in een volle kerk en daar samen zingen. Een volwassene die genuffeld wil worden, als hij thuis niet met z'n werksores terecht kan, kan terecht in een donkere ruimte met een kaarsje, waar een schilderij van een zachtaardige jonge vrouw hangt. Daar kun je uit huilen. Maria luistert altijd. Een mens die denkt dat hij het zwaar heeft kan eens langs de bloederig vormgegeven kruisweg van Jezus de relativiteit van zijn problemen inzien.

Alain is volstrekt a-religieus (zegt hij). En godsdienst is uit. De problemen waarop de godsdienst inspeelde en in speelt, zijn er echter nog steeds.  Mijn probleem met de redenering is, dat Alain de indruk wekt dat de Godsdiensten (hij gebruikt ze allemaal (Boedhisme, Katholicisme, Protestantisme, Islam) hun hele regel- en rituelenapparaat hebben bedacht als oplossing voor die problemen. Intentionele maatregelen gericht op het welzijn van de mens. Op de één of andere manier wil het er bij mij niet in.
De uitkomst van zijn redenering is daarvan echter niet afhankelijk. We kunnen in onze maatschappij nieuwe instituten en rituelen invoeren, waarmee we nu wel de gestelde problematieken te lijf gaan. Alain roept ons allen op om onze eigen rituelen te bedenken en onze eigen instituties in het leven te roepen, los van godsdienst, maar gericht op de menselijke behoeften.
We kunnen bijv. Agape restaurants beginnen met tafels waar mensen kunnen eten met onbekenden. We kunnen de musea anders inrichten zodat ze thematisch inspelen op onze emoties en behoeften: een ruimte met schilderijen van hoop. Ipv vroeg negentiende eeuws, de rationele- en weinig verbindende thematiek, zoals die nu vaak wordt gebruikt.

Religie geeft ook een oplossing voor het feit dat we geneigd zijn te vergeten. Religie is multi- zintuiglijk. We lezen over religie niet alleen in boeken, we hebben ook feestdagen (pasen pinksteren), we eten een hapje (pesach, avondmaal), ons gevoel voor schoonheid wordt bespeeld nmet een mooi gebouw (kerk, tempel), kortom we worden via alle zintuigen beïnvloed.

Het is vakantie. Ik ben enkele weken weg. Ik ben niet meer te lezen. U zult niet meer aan mij denken. Tenzij:
Ik nam afscheid van een collega. Die had een eigen cake gemaakt, zodat wij hem niet zouden vergeten. Multi-zintuiglijk dus. U kent hem niet. Ik jat zijn idee. Daardoor ben ik met hem verbonden en u met mij.

Ik hoor graag hoe het smaakte.

Recept:  Chocolade wortel punten

125 gr. zelfrijzend bakmeel
1 tl kaneel
185 gr. basterdsuiker
80 gr. fijngeraspte wortel
200 gr gemengde gedroogde vruchten
100 gr. chocolade, gehakt
25 gr. kokos
2 eieren.licht geklopt
100 gr ongezouten boter
50 gr. gehakte walnoten
Kaaslaagje

125 gr. roomkaas
25 gr ongezouten boter
175 gr. poedersuiker, gezeefd
1 tl warm water

Verwam de oven voor op 180º
Bestrijk een ondiep bakblik (23x23) met gesmolten boter of olie.
Bekleed de wanden en bodem met bakpapier.
Zeef het meel met de kaneel in een grote kom.
Voeg de suiker, gerapste wortel, gemengde vruchten, chocolade en kokos toe. Roer dit kort.
Roer de geklopte eieren en boter door het mengsel.
Schep het mengsel in de bakvorm en strijk het oppervlak glad.
Bak de koek in 30 minuten goudgeel.
Laat de koek afkoelenen stort hem op een vlak werkblad.

Klop de roomkaas en boter met de mixer in een kleine kom glad.
Voeg poedersuiker toe en klop het mengsel twee minuten luchtig.
Voeg water toe en klop het goed door het mengsel.
Bestrijk de koek met het kaasmengsel en bestrooi hem met walnoten.

Snijdt hem in vierkantjes (16).

Heerlijk!!
En 16 vierkantjes is het thema van de volgende blog! Dat vergeet u vast niet.

maandag 11 juli 2011

Akrasia en de ecologische voetafdruk.

Ik lijdt aan Akrasia. Net als de meeste andere mensen trouwens. Tot gisteren wist ik dat niet, maar het is wel zo. "Akrasia is de verbluffende aanleg  te weten wat we moeten doen, gecombineerd met een hardnekkige weerzin, ingegeven door wilszwakheid dan wel verstrooidheid, om dit ook werkelijk te doen".
Dat las ik tenminste in 'Religie voor Atheïsten' van Alain de Botton. Ik weet niet of deze definitie ook in de DSM V zal komen, Nu wordt er nog gewerkt met de DSM IV en daar staat Akrasia niet in.  De DSM-IV is het classificatiesysteem dat gebruikt wordt om vast te stellen of sprake is van een psychiatrische stoornis.
Nu is de definitie niet onafgebroken op mij van toepassing. Soms zie ik iets gebeuren en voel ik niet de hardnekkige weerzin om te handelen. Weerzin is trouwens ook niet zo'n goed woord in dit verband. Dus aan de definitie mankeert nog wel iets. Ik lijdt dus hoogstens aan Partiële Akrasia. Maar dat doet aan het concept niets af.

Ton Lemaire heeft het in zijn boek "De val van Prometheus", over de drang van de mens om de aarde te vernietigen. We leven met z'n allen zo, dat het niet anders kan, dan dat de aarde het binnenkort begeeft. We putten alle bronnen van energie uit en leven alsof we een aarde in reserve hebben. Via Ton Lemaire hoorde ik voor het eerst van de ecologische voetafdruk (ev), een maat voor duurzaamheid. Sinds 10 jaar zegt Ton (ik mag toch wel Ton zeggen?), wordt 'ev' als maatstaf gebruikt om de milieudruk per persoon  in cijfers uit te drukken. De ecologische voetafdruk wordt gedefinieerd als de hoeveelheid land en wateroppervlakte, die vereist is om (a) te voorzien in de consumptie van voedsel, energie en andere producten, (b) de opname en neutralisatie van de voortgebrachte afvalstromen en emissies (uitstoot), en (c) de ruimte voor de infrastructuur (huizen, gebouwen, wegen en transport) die een mens gebruikt.
Gemiddeld gebruiken mensen 1,8 Hectare (Ha) per persoon per jaar. De gemiddelde ev is dus 1,8 ha. Dat is trouwens precies het verbruik bij één tiendaagse vliegvakantie. Maar de verdeling van dat verbruik is zeer ongelijk verdeeld in de wereld. Een gemiddelde Amerikaan verbruikt 9,5 ha. Nederland 4,7. West-Europa 5,1. China nu nog 1,5. India en Congo resp 0,8 en 0,7 ha.
Het eerlijke aardeaandeel van ieder mens, zo is berekend, bedraagt 1,6. We teren dus nu al 0,2 ha per wereldburger per jaar in. Dat aandeel wordt snel kleiner, omdat de wereldbevolking groeit en omdat we ondertussen de aarde vernietigen. Als we schatten dat we uiteindelijk allemaal ongeveer 1,5 ha kunnen hebben (als we opschieten met  versoberen) betekent dat dat de levenstandaard in Nederland met tweederde naar beneden zal moeten. In Amerika nog veel meer. We leven zwaar boven onze ecologische stand.

Met deze kennis op zak kun je het nieuwste boek van Peter Sloterdijk lezen: "Je moet je leven  veranderen". Sloterdijk pleit ervoor de ecologische voetafdruk kleiner te maken. Hij is de dikke gezellige voorvechter van komkommersalade waar de milieubeweging al zo lang op zit te wachten, zegt Peter Giesen in het Filosofie-magazine van augustus 2011. Sloterdijk snapt tenminste dat dat terugdringen van onze exorbitante levensstijl moeilijk is en ons moeite kost. Hij is zelf ook een bourgondiër die over de wereld reist. Hij snapt dat we weten dat het anders moet en het toch niet doen. Hij weet dat we allemaal last hebben van Akrasia. Daarom moeten we oefenen zegt hij. En als het niet lukt, gewoon weer oefenen. Het is nooit hopeloos. "Ik weet dat ik die I-pad beter niet had kunnen kopen". Het oefenproces leent zich voor uitvluchten.

Daarom heeft de godsdienst ooit de erfzonde voor bedacht, stelt de Botton weer, dan is het minder erg. We kunnen er niets aan doen, maar we weten dat we ermee op moeten houden. En zo biechten we en beginnen we opnieuw. Godsdienst is geïncorporeerde en gesystematiseerde psychologie, waarvan we niet in de gaten hebben, hoe goed de principes gebruik maken van onze menseljke trekjes. Daar kan de seculiere wereld veel van leren.

Al dit leed en de onaangename oplossing moet nog onder de mensen worden gebracht. Het liefst zo, dat mensen het graag aanhoren. Het geeft geen pas om wereldschokkende ideeën mompelend te verkondigen, zegt de Botton. Een goede redenaar wist Cicero al, moet bewijzen, behagen en overtuigen. Het liefst zo dat zijn toehoorders achteraf zijn onderkaak in een reliek met diamanten bezet in een kerk ten toon stellen, zoals de kerkgangers deden met de Heilige Antonius van Padua. Die dus geweldig kon preken.

Ik stel mijn vingers beschikbaar waarmee dit stukje is getypt. Na mijn dood natuurlijk.

vrijdag 8 juli 2011

Mondelinge overhoring

We hebben geschiedenis. Middelink zit op zijn platform en overziet de klas.
- "Wie heeft het geleeeerd?" slist hij.
Iedereen steekt z'n vinger op. Dat hebben we inmiddels wel geleerd. Als je je vinger niet op steekt zal zijn onvermijdelijke commentaar zijn:
- "De Boer, een paaaal".
Het woord 'paal' kan alleen hij uitspreken op een manier, die maakt dat je niet protesteert tegen een zo onredelijke bejegening, zonder de kans op enige toelichting. Omdat je ook niet beslist weet of hij het meent of niet. Maar het risico nog een keer nemen, dat doet niemand.
Als je geluk (of pech) hebt, is er een andere straf adequaat:
- "Dat wordt 20 kaarsen extra verkopen voor de Surinamezending".
Want hij is voor ons onplaatsbaar geobsedeerd door de Surinamezending.
We hebben trouwens geen idee wat dat is, Surinamezending. En waarom dat nodig is. Maar iedere week komt het wel een keer aan de orde.

Vandaag is het tijd voor een mondelinge overhoring. Iedere week krijgen drie leerlingen een beurt om voor de klas enkele vragen over de les te beantwoorden. Het cijfer telt mee als een SO (Schriftelijke overhoring). Als je er slecht voor staat kun je een extra keer aanvragen.
- "Zo, wil je verder sparen voor een hekwerkje? ", is dan het commentaar dat je zult moeten trotseren.  

Vandaag is Henny Bustra aan de beurt. Haar oranje naveltruitje, haar hotpants en haar laarzen lijken hem volkomen te ontgaan. Als ze haar vragen heeft gehad en wil gaan zitten, verandert zijn houding:
- "Blijf even staaan", is zijn slepende en dwingende bevel.
- "Wat heb je daar op je ooooogen?"
Henny lijkt verrast. Dan antwoord ze:
- "Oogschaduw meneer.
Middelink wacht even. Dan is zijn dodelijke commentaar:
-'t Spijt me kind, net een spook".

Het is doodstil. In één klap staat ze ter discussie. Plotseling hebben wij de kans haar flirterige uiterlijk te zien. Kunnen we weten, dat hij, Middelink, onze favoriete leraar, het door heeft.
Maar wij houden van kijken naar Henny. En zijn nog niet in staat de psychologie van deze actie te duiden. Hij vindt het niets! Hij houdt ons een spiegel voor.
De les begint. We praten er niet over. Onderling niet. Met Henny niet. Want dat durven we niet.

Henny heeft bij geschiedenis nooit meer oogschaduw op.
Middelinks populariteit is altijd onaangetast gebleven.
Ik vraag me achteraf af waarom hij zo populair was.

dinsdag 5 juli 2011

Henny Bustra

Het is eng. Heel eng. Vandaag is mijn eerste dag op de middelbare school. Ik ben nog nooit buiten Tietjerk geweest. Tenminste, niet alleen. Niet op een plaats waar ik zelf moet bepalen wat ik doe of waar ik heen loop. Mijn grootste avonturen tot nu toe bestonden uit de wedstrijden met mijn korfbalteam en de daarbij behorende 'seriedagen':  Samen met je teamgenoten in de zon liggen. Wachten op de volgende wedstrijd bij het luisteren naar 'de Clown' van Ben Cramer. En 'Kom uit de bedstee mijn liefste'.

Vandaag is het zover. Ik ben vooral bang dat ik de deur niet kan vinden. Want dat heb ik gedroomd: dat er zoveel deuren zijn, dat je niet weet waar je naar binnen moet. De school is groot hebben ze me verteld. Wel 2000 leerlingen. Een leerfabriek. Angstaanjagend. Het is de grote stad. Het is Amsterdam. Ook al ligt de school in Leeuwarden.

In onze klas zitten 30 kinderen. Ongeveer de helft van de kinderen is van boerenkomaf. Uit Sint Annaparochie, Oude Bildtzijl, Morra, Marssum. Plaatsen waarvan ik gehoord heb bij aardrijkskunde.
De school is niet eng. De kinderen wel. De meisjes vooral. Ze zijn groot. En mooi, heel mooi. Ik durf bijna niet te kijken. De meeste dragen hotpants. Eén valt er extra op. Ze heeft grote borsten en een strak shirtje. Ze draagt zwarte laarzen tot boven haar knieën en ze is erg opgemaakt. Alleen haar haar is een beetje gek. Ze is blond, haar haarlijn is erg rafelig, slonzig bijna. Vlasachtig.

Ik durf niet bij haar in de buurt te komen of tegen haar te praten. Ze is blijven zitten. Haar naam is kenmerkend voor het meest kenmerkende deel van haar uiterlijk. Zeggen ze. De jongens van mijn klas. Ik snap het niet. Bustra heet ze. De jongens spreken het anders uit.

zondag 3 juli 2011

Verliefd

We gaan op vakantie! Voor de allereerste keer! Nooit eerder gingen we in de zomervakantie weg, en nu is het zover! Nog net voordat ik naar de middelbare school zal gaan. Mijn leven gaat een nieuwe wending nemen. Ik ga echt de wijde wereld in! Er is een caravan gehuurd op 'de Waps', in Oudemirdum. Dan kan Heit ook komen overdag. Op zijn Sparta. Van Tietjerk naar Oudemirdum op de Sparta, dat kan net tussen twee keer melken door. Als je extra vroeg op staat.

Als Heit voor het eerst komt is hij wat van slag. Onderweg haalde een auto hem in en uit het raam kwam een arm, die op en neer bewoog. Een aardige man. Mijn vader had terug gezwaaid en de langzaam afremmende auto ingehaald, om zo snel mogelijk zijn vakantievierende liefde en kroost te bereiken.
De auto had hem opnieuw ingehaald en er werd weer gezwaaid. Onder de indruk van zoveel vriendelijkheid volgde een nieuwe vaderlijke groet en een voorzichtige wheely. Wat niet eenvoudig is op een Sparta.
Even later was hij echter klem gereden door de auto en er waren twee agenten uitgestapt. Het vriendelijke zwaaien had moeten worden geïnterpreteerd als een stopteken en mijn vader ging op de Sparta harder dan toegestaan. Gelukkig was de Sparta niet in beslag genomen, zodat Heit, met 5 gulden boete, dat wel, de reis had kunnen vervolgen. De vakantie was duur begonnen!

Naast onze caravan staat een grote tent. Voor de tent zitten een man en twee kinderen, ongeveer van mijn leeftijd.  Het meisje komt nieuwsgierig kijken naar de beide jongetjes, die onwennig de omgeving in zich op nemen. Al snel spelen we verstoppertje.

Als ik enkele uren later, tijdens een eerste fietstocht, op een bankje in het bos zit voel ik me niet goed. Mijn buik doet zeer, en ik wil niks. Alleen maar terug naar de camping. Ik moet steeds aan Ellie denken. Ellie de Ridder heet ze en ze woont in Den Haag. Ze hebben thuis een bakkerswinkel. In de Michiel de Ruijterstraat.
Ik vertel dat aan mijn moeder, maar die is niet geïnteresseerd. En mijn broer ook niet. Ik voel me nog beroerder. Ik snap niet wat er met me is.

Vakantie, niks aan!