zaterdag 10 november 2012

Niet zeuren

De eerste auto van mijn ouders was een Skoda. Ik vertel het met tegenzin. Het was niet bepaald iets waaraan wij als kinderen veel status konden ontlenen, zeker niet aan de Skoda van 1970. Die Skoda moest regelmatig naar de garage. Want dat had je met een Skoda. En de garage vond het geen probleem.
Nog steeds niet trouwens.
Inmiddels heeft mijn vader een VW Bora. En nog steeds gaat hij naar dezelfde garage. En nog steeds werkt daar dezelfde monteur. Bijna met pensioen. De Bora van nu lijkt in niets op de Skoda van toen. Toch blijkt het repararen van het nieuwe vehikel voor de monteur op leeftijd geen enkel probleem. Hij schoolt zich bij, en hij heeft lol in z'n vak. Van 's morgens acht tot 's avonds 6. En zonder ooit langer dan een week met vakantie te gaan. Nooit zeurt hij over de uren die hij moet maken. Als je 's morgens om 08.00 uur komt is hij er al. En als je 's middags om vijf voor zes komt wil hij je nog steeds helpen. Zonder één spoor van ergernis. Met altijd een glimlach. Wat een feest!

Het wordt hoog tijd dat ik het eens heb over het onderwijs. Onderwijs is in Nederland het allerbelangrijkste wat er is. Dat blijkt uit het feit dat het het enige is waar in een tijd van crisis niet op wordt bezuinigd. Nou ja, het enige waarvan wordt gezegd dat er niet op wordt bezuinigd. Van andere dingen kun je dat wel luidop zeggen. Je kijkt er een beetje ernstig bij en zegt dan iets als:
'-"In tijden van crisis blijft natuurlijk niemand en niets gespaard, iedereen gaat het merken".
En vervolgens pak je een miljard af van de armsten op de wereld, je laat zieken en gehandicapten hun eigen euthanasie betalen, vrijwillig of je geeft ze gewoon geen medicijnen meer, je pakt de mensen met de middeninkomens al hun pleziertjes af en je verwacht luid gejuich. Want het is immers crisis. En in tijden van crisis is alles geoorloofd. Maar van het onderwijs blijf je af.

Het heeft allemaal mijn sympathie, als er ook iets voor zou worden terug verwacht vanuit het onderwijs. Bijv. iets meer openheid over de werkdruk. En de redenen van het gepraat (sommigen zegen: gezeur) daar over. Heeft u enig idee hoe druk onderwijzers het hebben? Ik zal het u uitleggen.
Een onderwijzer heeft een 36 urige werkweek en in totaal 6 weken vakantie alles mee gerekend. Daar kijkt u van op he? Zes weken vakantie. Geen twaalf. In de CAO van iedere onderwijzer staat dat zij (want mannen zijn er niet meer in het basisonderwijs) 1659 uur moet werken per jaar. Dat is een belangrijk getal. Onthoud dat: 1659 uur per jaar. 46 weken van ruim 36 uur dat is 1659 uur. De meesten van ons werken iets meer uren, 1750 of nog meer, maar onderwijzer is een zwaar vak. Dus 1659 in het onderwijs is echt afzien. Niemand van ons misgunt de mensen die de toekomst van het land iedere dag kneden, hun vrije tijd.

De kinderen komen ongeveer 1000 uur naar school.  Iets minder nog. Een onderwijzer heeft dus ongeveer 650 uur tijd voor het voorbereiden van de lessen, voor gesprekken met u en mij over onze kinderen, voor bijscholing en voor het mee doen aan de avondvierdaagse of de kerstviering of het schoonwassen van het kleutermateriaal. Waar zit dan het probleem? Dat zit in het de manier waarop scholen dit werk organiseren.  De kinderen komen 1000 uur naar school verdeeld over ongeveer 40 weken. En onderwijzers willen graag vrij zijn in de weken dat de kinderen niet naar school komen. Dat zijn die 12 weken per jaar. En dus plannen ze al hun werk in die 40 weken dat de kinderen komen. Ook de extra dingen die gemakkelijk in die andere weken zouden kunnen als verplichte nascholing.
Even een hoofdrekenopgave. Hoeveel is 1659 gedeeld door 40? Ook als je niet zo goed bent in hoofdrekenen, weet je meteen dat daar minstens 40 uit komt en de meesten van ons zien zelfs dat dat meer dan 41 is. Om dus de 36 urige werkweek te maken in 40 weken moet je 41 uur per week werken. Nog een keer: Om alle uren van 46 weken met een 36 urige werkweek te kunnen maken in 40 weken (de weken dat de kinderen naar school komen) moet je 41 uur per week werken in die 40 weken. Voor een parttimer is de situatie nog moeilijker. Als je zestiende werkt moet je 4 dagen beschikbaar zijn. Dus niet drie wat veel parttimers denken: zestiende van 5 dagen is immers 3 dagen.

Onderwijzeres is het belangrijkste vak in onze maatschappij. Iedereen kan nog wel iets vertellen over een juf, meester, leraar of lerares die hij heeft gehad. Mooie verhalen over vormend gedrag van vakbekwame pedagogen. Daar moeten we vooral niet op bezuinigen. Die gunnen we hun 12 weken vakantie. Maar alleen als ze tussendoor hard werken en niet zeuren. Dat hoort ook bij de crisis. Dat weet de monteur van mijn vader. Daar kan het onderwijs nog wat van leren.