donderdag 2 februari 2012

Maar is het kunst, daar in Dalfsen?

Uit de verte zijn het twee steigerende paarden, of lijkt het een landbouwmachine. Maar het is kunst. Dat weet je als je er voor staat: het dient nergens toe, het is gekleurd en het stelt niets concreets voor. Dan weet je als burger zonder opleiding: dit is kunst. Als het later wordt opgenomen in de 'kunstroute' weet je het zeker. Dan kun je het ook zeggen: "zie je wel, kunst!"

Als je je er wat verder in verdiept kom je meer aan de weet: Er is ruzie over gemaakt. Iemand heeft besloten dat er ergens in het landschap een kunstwerk moet komen. De gemeente of zo. Of een actieve groep burgers met hart voor de zaak. Hart voor de gemeente. Hart voor de andere burgers, die nog niets van kunst weten. Mensen, die iedereen graag in aanraking willen brengen met Kunst. Of willen confronteren met kunst. Die hun medemens willen opstoten in de vaart der volkeren. Willen bijdragen aan hun ontwikkeling. Want Pierre Bourdieu toonde al aan, dat kunstwaardering een sociologische component heeft: hoe lager iemands sociale status, hoe duidelijker het moet zijn wat een kunstwerk voorstelt.

Maar er zijn mensen tegen. Want er zijn altijd mensen tegen. Niet tegen kunst, want niemand is tegen kunst. Nee, de tegenstanders zijn tegen die rommel, die anderen kunst noémen. Terwijl het helemaal geen kunst ís! Want zeggen ze: ik kan zoiets ook maken. En het stelt niks voor. Of, zoals Guus Kuijer ooit optekende uit de mond van een man die in een museum naar een schilderij stond te kijken: Dat kan mijn dochter van drie ook! Een blijk van minachting, zo bleek, en daarmee de titel van Kuijers latere boek: "Het geminachte kind".

Praten helpt. Er blijken duizenden argumenten te bestaan waarom iets kunst is.

Het moet iets voorstellen.
Het moet de uitdrukking zijn van gevoelens van de kunstenaar.
Het moet mooi zijn.
Het moet vernieuwend zijn.
Het moet mensen uit hun evenwicht brengen.
Het mag geen landschap zijn.

Daarmee blijken de deelnemers aan de discussie zes kunstfilosofische stromingen te vertegenwoordigen. Vertegenwoordigd door Plato, Kant, Hegel, Tolstoi en andere grootheden. Maar ze weten dat niet. Ze praten over kunst en vinden er iets van. En daarmee wordt het op zichzelf al weer kunst. Tenminste, volgens al weer een andere stroming.

En ik? Ik vind het mooi. Landbouwmachinekleuren, in de vorm van abstracte paarden, die de plattelandsgemeenschap verbinden met de natuur. Passend bij een dorp waarin natuur, arbeid, inkomen en cultuur nauw verbonden en van elkaar afhankelijk zijn. Ik blijk een symbolist. Nog een stroming.

- "Natuur zo mooi als in Dalfsen heeft geen kunstwerk nodig", werpt de buurman tegen.
- "Dalfsen wel" zeg ik, "want iedereen is nu kunstfilosoof. En dat is goed voor de vaart der volkeren".

Binnenkort de Overijsselse kunstroute. Ik hoop dat iedereen mee doet.



3 opmerkingen:

  1. ik vind ze ook origineel die paarden daar in Dalfsen.
    leuk logje heb je geschreven!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. de één vindt het kunst, de ander vindt het niks
    zo gaat dat met kunst, zeker met moderne kunst.
    ik zag de gasbol in Emmen, kunst?
    geen idee...maar ik vind het prachtig!
    Goethe zegt: de kunst is lang en kort is ons leven.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Misschien hoort bij het rijtje 'waarom iets kunst is' wel 'men is het er niet over eens'. En bij kunst in een landschap 'er is ruzie over gemaakt'.

    Ik vind het altijd een beetje apart (en dan niet in de zin van mooi), die 'landschaponderbrekende kleuren'.

    BeantwoordenVerwijderen