maandag 3 oktober 2011

Wervingsprocedure

Als ik binnen kom zit hij al op het bankje. Rechts van de draaideur. Je zit daar een beetje 'te kijk', net als op ieder ander bankje of ontvangstzitje bij ieder ander bedrijf.  Alle passanten kunnen je zien en weten: hij komt op bezoek. En soms, als het zo'n dag is: hij komt solliciteren. Vandaag is zo'n dag. Rondstruinende belangrijk doende adviseurs gluren naar hun potentiële nieuwe baas. Want daar is het vandaag voor, voor een manager.
Niemand wil manager genoemd worden. Een manager is een nitwit, een niet-kunner, een omhoog gevallen ijdeltuit, die Peters' principle belichaamt: je stijgt net zo lang tot je een baan krijgt, die je niet aan kunt. Daar blijf je hangen. Iedereen wil graag belangrijk zijn. Baasje, zeker de man'lijke 40-plusser. Even tenminste. Tot hij 50 is. Maar niemand wil manager heten.

Als de sollicitant is opgehaald, komen de secretaresses tevoorschijn.
- "Lekker ding"
- "Mooi pak"
- "Die nemen ze nooit, veel te goed".
- "Zag je die blik, hij kleedde je uit".

Het oordeel is al geveld. Je hoeft eigenlijk niet met sollicitanten te praten. Zet een sollicitant een kwartier op het bankje, en de staf vertelt je wie je gaat nemen. Het spaart geld. Het creëert saamhorigheid.

De staf heeft uiteindelijk altijd gelijk.

1 opmerking: