Ik ontmoet hem aan de bridgetafel. Een vrolijke dikkerd, met een praatje. Complementair aan z'n vrouw, die volstrekt stoïcijns blijft bij zijn grappen en grollen. Een voorbeeldig stel, gevormd door het leven en 40 jaar huwelijk.
Als na een 'rondpas' mijn partner mij in de gevonden tijd complimenteert met het verhaal van de mechanische hond, blijkt er een onvermoed trauma schuil te gaan in mijn tafelgenoot.
- "Mijn váder was bakker".
Dag in dag uit zeulde hij 200 kilo brood door Zutphen, ondanks zijn zwakke gezondheid. Na 20 jaar ging het niet meer.
- "Versleten tot op het staartbeen, jongeman".
Ik zie dat zijn omgevingsanalyse, ondanks mijn 53 jaar, scherp is.
En zo belandde vader in de WAO, die toen geen WAO heette en pure armoede beloofde.
-"Het was sappelen thuis".
-"En we werden uitgemaakt voor steuntrekkers".
Ik zie er blijkbaar niet rechts uit, of hij heeft daar lak aan, want hij vervolgd met:
-"Ik krijg nog elke dag jeuk van al die rechtse lui".
Thuis zittend werd vader gestalkd door iemand van 'de steunpolitie', door soms tot drie keer per dag te controleren of pa wel thuis was.
En toen kwam de eerste mechanische hond.
- "Ik was 18. Mijn vader zat te janken in de keuken".
Ik heb met terugwerkende kracht met hem te doen.
Z'n vrouw heeft het al eens eerder gehoord. Zij vertrekt geen spier.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten