Als ik binnen kom is er niemand. Achter in het cafe staan nog de resten van een ontbijt. Voor minstens vier personen. Vliegen verraden dat het al even geleden is dat de deelnemers er aan zijn vertrokken. Ik laat me niet af schrikken. De wandeling was zwaar, de koffie lijkt nabij. En ik hoor geluiden.
De binnenplaats is enigszins overwoekerd, al kan ik de tegels nog zien. Op de bar staan de ongespoelde glazen van de vorige avond (of zou het al langer geleden zijn?). Een enkele nog half gevuld met verschraald bier. Een stoel ligt om. Het ruikt bedompt, maar er is ook aan de voorkant een terras. Dus ik laat me niet ontmoedigen. Ik heb er net 10 kilometer door de Voerstreek op zitten en het cafe heet tenslotte "de Wandelaar".
- "Volluk!"
Thuis in mijn dorp is deze kreet meestal goed voor een reactie, en ik zwijg verwachtingsvol.
- Niets.
Ik loop voorzichtig achter de bar en kijk om een hoekje in een ruimte waar ik de waard vermoed. Een TV staat aan op een Franse zender. Boven het geluid uit hoor ik gesnurk. Een bruine buik beweegt zwoegend. Het moet laat zijn geworden gisteren. En hij moest vanmorgen voor de gasten weer vroeg op natuurlijk. Een hard werkende ondernemer.
Begripvol sluip ik weg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten