Ik behoor tot de middenmoot. Als ik uit ga van een normaalverdeling, kan ik bijna alles net iets beter dan gemiddeld (of kan ik dat tot op dat niveau leren), maar ik kan niets goed. Soms heb ik een uitschieter naar beneden of naar boven. Ik heb me daarom benoemd tot middenmoter. Dat leek me passend en reëel.
Mijn beslommeringen en zieleroerselen zijn dus die van een middenmoter. Daarom is het ook goed dat niemand ze leest, of zou het goed zijn als andere middenmoters ze ook lazen, ter geruststelling. Middenmoter zijn is een vorm van geestelijk gehandicapt zijn waar je je de hele dag van bewust bent. Het relativeert het leven enorm. Het geeft rust.
Vandaag zei iemand: "Ik ben iemand door mijn werk. Als ik niet werk vraag ik me soms af: Wat ben ik zelf, zonder werk?"
Het antwoord is ontluisterend en geruststellend tegelijk: Niets en niemand. Of 'jezelf', dat is hetzelfde. Dat geeft heel veel rust. Je drijft. Je kunt dood zijn. Of stromen. Noem het de hemel.
Ik verlang er niet naar daar te zijn. Het is trouwens geen plaats en je hebt er geen weet van. Maar het is vast geen straf. De hel bestaat dus ook niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten