De koningin heeft gesproken: We verliezen elkaar uit het oog. Internet maakt de wereld onpersoonlijker. Pas op! Weest uw broeders hoeder!
Sire lanceert een campagne:"Zonder het te weten worden we steeds a-socialer".
Gek genoeg blijkt dat vooral te gaan over momenten dat we bij elkaar zijn: "We bellen aan de kassa, staan niet op in de trein, laten de hond poepen, en als we er op worden aangesproken, zijn we niet thuis".
De koningin spreekt via de TV. Toch een soort vooroorlogs internet. Ze ziet ons niet, maar we zijn er wel. We worden aangesproken, door onze Sire, maar we zijn niet thuis. Ze valt in haar eigen zwarte gat. Waar bemoeit dat mens zich mee?
De internetters zijn boos. De koningin snapt er niets van. De verdedingswallen worden opgegooid. Onze nieuwe orde wordt aangevallen. De bejaarden lillen in een laatste stuiptreking.
Wie stelt de vraag:
- Wat bedoelt dat mens toch?
- Kent de koningin de geneugten van internet niet?
- Denkt de koningin dat we niet meer buiten komen?
- Zou ze internet willen opheffen of verbieden?
Zou ze echt zo dom zijn?
De koningsgezinden ergeren zich aan de internetters.
- Wat maakt dat die meteen in de verdediging schieten?
- Zijn er geen nadelen aan internet?
- Is het digitaal pesten niet toegenomen?
- Zou dit aan een discussie kunnen bijdragen?
Zijn ze echt zo blind?
Beide partijen gaan niet op elkaar in. Praten gewoon langs elkaar heen. Zoals ze altijd al deden, ook zonder internet. Er is niets veranderd.
Onze koningin: gelukkig ook zinloos!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten